Het was het thuis van de rijke heren van Pluvinel (1610-1676), waaronder Antoine de Pluvinel, geboren rond 1555, die eerste schildknaap van koning Hendrik III was en een manege oprichtte.
Het huis behoorde ooit toe aan de familie Pluvinel (1610-1676), leden van het parlement van Grenoble en aanhangers van het Crestkapittel, en vervolgens aan de familie Latune (1765-1829 en 1835-1900). Dit herenhuis is typerend, met zijn hoofdgebouwen, binnenplaats en woongedeelte dat uitkomt op tuinen.
De straatgevel is opmerkelijk, met een grote koetspoort omlijst door grote houten balken en een geprofileerde kroonlijst. Het portaal is gemaakt van grote, mooie stenen, gescheiden door inkepingen.
De deur is gemaakt van fijn eikenhout; prachtig bewerkt.
Aan de linkerkant was ooit de deur van de conciërgewoning; tegenwoordig is het de ingang van een apotheek van de voormalige burgemeester van Crest, Dr. Rozier.
De gevels en het interieur werden in 1984 op de monumentenlijst geplaatst.